top of page
cyber-bullying-1446653-1222328.png

Onderwijs

Dat cyberpesten zich in de online wereld afspeelt en buiten schooluren kan plaatsvinden, betekent niet dat het losstaat van de schoolcontext. Uit het Vlaamse DICA-onderzoek blijkt namelijk dat 47,6% van de cyberpestslachtoffers lastiggevallen wordt door iemand uit de eigen school. Cyberpesten ligt dan ook vaak in het verlengde van meer traditionele vormen van pesten. Net als bij traditioneel pesten is slachtofferschap van cyberpesten in verband te brengen met talrijke negatieve emoties en gedragingen, zoals depressie, een laag zelfbeeld, wantrouwen tegenover anderen, zelfmoordgedachten of zelfs zelfmoordpogingen en gaan bij slachtoffers van cyberpesten de schoolresultaten gemiddeld genomen achteruit, kunnen ze zich moeilijker concentreren, zijn ze bang om naar school te gaan en spijbelen ze. 

Media gebruiken voor
sociale interactie

De nieuwe media leveren niet alleen informatie, amusement of educatie, zij bieden ook een interactieve rol, waarbij de jongeren kunnen voorzien in hun behoefte aan communicatie. Een goed voorbeeld is praten (chatten) via internetprogramma’s zoals MSN of Messenger. Dit biedt jongeren een kanaal voor communicatie maar het kan problemen opleveren als zij niet veilig omgaan met gegevens en informatie over henzelf.

Media gebruiken om een persoonlijke
 identiteit 
te definiëren

Jongeren gebruiken internet onder andere om zichzelf te presenteren. De reacties op deze presentatie kunnen positief maar ook negatief zijn, wat gevolgen kan hebben voor het zelfbeeld van jongeren.
Chat-ruimtes of Instant Messaging-programma’s (IM) zijn ruimtes waar jongeren experimenteren met hun identiteit. Een onderzoek van Stichting SURF wijst op twee verschillende identiteiten: een online- en een face-to-face-identiteit. Jongeren vinden zowel contact leggen als contact verbreken online makkelijker dan in het echte leven. Daar komt bij dat jongeren op internet vaak meer durven en minder verlegen zijn. Ook durven jongeren te praten over zaken waar zij face-to-face nooit over zouden durven beginnen. Hoewel veel volwassenen denken dat de online-identiteit ten koste gaat van het face-to-face-contact, blijkt dat in de praktijk niet zo te zijn. 

De vergrote
privacy
van kinderen en jongeren

Door de vergrote privacy van kinderen en jongeren vindt hun mediagebruik meer buiten het gezichtsveld van ouders plaats. Jongeren beschikken over hun eigen media, waardoor de controle door ouders verloren gaat. Zo kunnen zij sneller in aanraking komen met schadelijke informatie of met mensen met verkeerde bedoelingen.

De invloed van pesten op
schoolprestaties

Pesten op school heeft een negatief effect op de prestaties van leerlingen, omdat pesten het vermogen van scholieren om zich te focussen op schooltaken beïnvloedt. Scholen waar pesten veel voorkomt (meer dan 10% van de scholieren geeft aan regelmatig gepest te worden), scoren gemiddeld 47 punten lager op wiskunde en wetenschap in de PISA 2015 ranking, dan scholen waar minder dan 5% van de leerlingen aangeeft regelmatig gepest te worden. Ook kan pesten lange termijn gevolgen hebben voor de hersenontwikkeling van jongeren. Dit blijkt uit het OESO rapport Pisa in focus: How much of a problem is bullying at school?. Volgens OESO is het belangrijk dat schoolleiders, ouders en scholieren zich gezamenlijk inzetten voor een klimaat waarbij scholieren zich zowel binnen als buiten de school gesteund en veilig voelen.

Evolutie

Online pesten krijgt de laatste jaren steeds meer aandacht in de media door schrikbarende verhalen over tieners die zelfmoord hebben gepleegd omdat zij de pesterijen die online plaatsvonden niet meer aan konden. Eén op de vijf tieners wordt op de traditionele manier gepest en één op de acht tieners wordt online gepest. Dit betekent dat er per jaar ongeveer in totaal 260.000 slachtoffers zijn van een vorm van pesten. Sinds 2006 is er een stijging te zien in het aantal zelfdodingen per jaar en staat zelfdoding onder tieners van 15 tot 20 jaar op nummer twee van niet-natuurlijke doodsoorzaken. Een reden hiervoor zou kunnen zijn is dat in 2006 de sociaalnetwerksite Facebook over de hele wereld openbaar werd gemaakt en iedereen vanaf 13 jaar zich toen kon registreren en een persoonlijk profiel kon aanmaken. Door de ontwikkeling van het internet en daarbij horende sociale media is er een nieuwe vorm van pesten ontstaan, bekend als online pesten. Dit staat voor agressief, intentioneel gedrag dat vertoond wordt door een groep, of een individueel, die gebruik maken van elektronische vormen van contact dat vaak herhaaldelijk plaatsvindt tegen een slachtoffer die zich moeilijk daartegen kan verdedigen.
Onderzoek toont aan dat psychologische problemen geassocieerd zijn met online pesten. Tieners die in aanraking zijn gekomen met deze pesterijen vertonen vaker depressieve symptomen dan tieners die hier niet mee te maken hebben gehad. Tevens rapporteren slachtoffers van pesterijen minder positieve relaties te hebben met klasgenoten . Slachtoffers die frequent worden gepest leveren slechtere prestaties op school.

Cyber-Bullying.png
bottom of page